Europabrief voor de vastentijd. Een beschouwing van Florian Kolfhaus.
Tijdens de vastentijd beschouwen we het lijden van Jezus. Daarbij gaat het er niet om terug te denken aan wat er 2000 jaar geleden met Jezus is gebeurd, maar om te beseffen dat Hij dat alles voor mij persoonlijk heeft gedaan. Ieder individu – ook ik – had Hij voor ogen toen Hij werd veroordeeld, gegeseld en gekruisigd. Bij elke statie van zijn kruisweg wil Hij mij aanspreken en laten zien hoeveel Hij van me houdt.
Wanneer Jezus voor de Romeinse gouverneur staat, zegt Hij me: "Ik oordeel degene die de liefde veroordeelt. Maar mijn oordeel is anders dan dat van Pilatus, want Ik plaats mezelf op de plaats van de schuldige. Ik buig mij voor het onrechtvaardige oordeel van de Romeinse gouverneur, zodat jij zult vrijgesproken worden. Besef je hoeveel Ik van je hou?”
Wanneer Hij het kruis op zijn schouders neemt, denkt Hij aan de last van mijn leven: "Ik draag geen hout dat bestemd is voor het vuur op mijn schouders. Ik draag de wereld. Ik draag als een lastdier de mensen en elk individu. Ik draag jou. Elke zonde, elke slechte daad, is een klap op mijn rug, is een wonde die pijn doet en mij er toch toe dwingt om verder te gaan. Mijn liefde draagt jou. Niets is te moeilijk voor mij, omdat Ik van je hou. Ik smeek je om deze weg met mij te gaan. Help me om de wereld te dragen. Ik weet dat je bang bent voor het kruis en denkt erdoor te worden verpletterd. Maar niets zal je te zwaar zijn omdat Ik van je hou (…). Ik smeek je, laat het gebeuren, want ik heb jouw hulp nodig, en Ik verlang naar je liefde. Merk je niet dat je mij zo dicht komt als nooit tevoren?”
Vastgenageld aan het harde hout van het kruis, kijkt Hij me aan alsof ik de enige mens op aarde was en Hij voor mij alleen de dood onderging: "Ik zou mij van mijn kruis kunnen bevrijden en afdalen. Nee, deze nagels kunnen me niet vasthouden - maar jij. Het gebeurt voor jou. Tot op het laatste moment zal mijn blik op jou rusten en omdat Ik je zie, kan Ik dit alles verdragen. Als al het lijden, al de wonden en pijn, al de bitterheid en schaamte, de prijs is die Ik voor jou moet betalen – dan ben je het ongetwijfeld waard (..). Laat mijn wonden de jouwe zijn, zoals de jouwe reeds lang de mijne zijn."
Jezus lijdt omdat Hij ons tot liefhebbende mensen wil maken. Hij roept ons op om zijn kruis na te volgen, omdat hij onze vriendschap zoekt. Het bidden van de kruisweg is niet eenvoudig een vrome gebedsoefening die misschien sommige "vrome zielen" tot tranen toe beweegt, net alsof men van op een zekere afstand het lijden van Jezus en de anderen zou kunnen bekijken. Neen, het is een uitnodiging om mee te gaan. Het gaat erom Jezus heel persoonlijk tot mij te laten spreken, om dan de Via Dolorosa van mijn eigen leven te beklimmen. Met hem verandert de treurige weg in een "Via Amorosa", aan het einde waarvan ik besef dat geen lijden, ook als het maar met een vonkje liefde wordt aangenomen, zinloos is. Het gaat er niet om er in het leven ‘heelhuids’ vanaf te komen, maar om het heil te vinden."
Het bidden van de kruisweg leert ons om te geloven in de liefde, zelfs als alles donker lijkt. Zelfs als we telkens opnieuw vallen, geeft de blik op Hem de kracht om weer op te staan en verder gaan, omdat Hij ons telkens opnieuw zegt: "Kijk naar mij. Je kunt nooit lager vallen dan Ik.” Zo wordt de kruisweg een levensweg die niet in de nacht van Goede Vrijdag, maar in het licht van Paaszondag eindigt.
Uit: Florian Kolfhaus, Via Dolorosa, Der Kreuzweg Christi, ISBN 978-3-940879-20-2.
Met 28 kleurenfoto's van de Via Dolorosa van Peter Christoph Düren, Augsburg 2012. 80 p.