Beste vrienden!

In Europa worden de eisen van de kleine maar luide homoseksuelen-lobby met grote opmerkzaamheid bediscussieerd. De kwestie van de gelijkschakeling van een homoseksuele samenlevingsvorm met het huwelijk is in politiek opzicht niet zozeer een morele kwestie – maar een zaak die door ons allen financieel en ideëel gesteund wordt: zo is bijvoorbeeld het recht van een samenwonende partner om na het overlijden van de eigenlijke huurder in de woonst te blijven wonen een inperking van het eigendomsrecht van de verhuurder. Een gezamenlijke verzekering wordt dan weer door de samenleving gefinancierd.

Vaak hoor je 'gelijkstelling ja – adoptie neen’. Rechtsexperts en de ervaring leren echter dat het eerste het tweede onmogelijk maakt. De beslissing van de Commissie Juridische Zaken van de Raad van Europa wijst hier ook op : op 16 november ll. heeft het zich uitgesproken voor de juridische erkenning van samenlevingsvormen van gelijk geslacht en voor adoptiemogelijkheden voor homoseksuelen in al de 47 lidstaten van de Raad van Europa. Hiermee moeten de “noden” van bepaalde mensen vervuld worden. Aan het welzijn van de kinderen heeft men niet gedacht. Daardoor worden kinderen nu potentieel tot een “gebruiksmiddel” gedegradeerd. En dat hoewel de biologie, psychologie en elk “common sense” zeggen: kinderen hebben een vader en een moeder nodig!

De tekst vindt u op de website van de Raad van Europa:

assembly.coe.int/ASP/NewsManager/EMB_NewsManagerView.asp

Kinderarts dr. Christl R. Vonholdt vat voor ons tien argumenten samen tegen een adoptierecht voor homoseksueel levende koppels. U vindt ze in deze Europabrief.

In de laatste week van januari zal het parlement van de Raad van Europa over dit rapport van de Commissie Juridische Zaken stemmen. Misschien wilt u uw nationale vertegenwoordigers hierover contacteren? Een lijst van alle leden vindt u hier:

assembly.coe.int/ASP/AssemblyList/AL_DelegationsList_E.asp

Dank voor uw inspanning, medewerking en voor uw dagelijkse Onzevader voor een christelijk Europa!

Uw Europa voor Christus!-Team

 

- * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * - * -

 

Het recht van het kind op een moeder en een vader

Tien argumenten tegen een adoptierecht voor homoseksueel levende koppels

Christl R. Vonholdt

• Elk kind heeft het recht op een moeder en een vader.

In de structuur van een homoseksueel „gezin“ wordt dit recht gepland en bewust het kind onthouden. Dat is een diepgaande schending van de kinderrechten.

• Een kind dat in het bewustzijn opgroeit dat zijn beide ouders twee vrouwen of twee mannen zijn, wordt gemanipuleerd in zijn kennis omtrent zijn tweegeslachtelijke oorsprong. Dit zal de ontwikkeling van zijn identiteit beïnvloeden.

• Verscheidenheid is altijd een betere aanzet tot ontwikkeling dan gelijkheid.

Het onderzoek van de laatste 40 jaar toont unaniem aan dat afhankelijk van het geslacht moeder en vader diversiteit aanbrengen in de ontwikkeling van de kinderen. Een kind uit een homoseksueel „gezin“ is daarom van het begin af duidelijk benadeeld in zijn ontwikkelingsmogelijkheden.

• De beste voorwaarden voor de ontwikkeling van een zekere en evenwichtige geslachtsidentiteit heeft een kind wanneer het in de “geslachtelijke spanning” (Geschlechterspannung) van een moeder en een vader kan opgroeien. In een homoseksueel “gezin” wordt het kind dit ontwikkelingsvoordeel bewust onthouden.

• In het geval een vader of een moeder tragisch genoeg zouden afwezig zijn, zoals bijvoorbeeld bij alleenstaanden met kinderen, heeft het kind de mogelijkheid om dit verlies te betreuren en zo constructief te verwerken. Als het kind echter voorgehouden wordt dat een homoseksueel “gezin” een volledige, enkel maar alternatieve gezinsvorm is, verhindert dit dat het kind het reële gemis van een moeder of vader kan verwerken. Het blijft hierdoor afgescheiden en dit zal zich destructief uitwerken op de psychosociale ontwikkeling van het kind.

• Er bestaan aanzienlijke verschillen qua levensstijl tussen homoseksuele en heteroseksuele koppels. Statistisch gezien is de promiscuïteit bij homoseksueel levende mannen duidelijk hoger dan in een gebruikelijke vader-moeder-relatie. Dit werkt zich destructief uit op de nood aan binding bij kinderen.

• Het overgrote deel van de studies die een zogenaamde gelijkheid tussen homoseksueel en heteroseksueel ouderschap pretenderen, bevatten zwaarwegende methodische fouten. Uit geen enkele voorliggende studie kunnen zo’n verregaande besluiten getrokken worden.

• Voor een lesbisch levende vrouw is het kenmerkend dat zij de man en het mannelijke niet in haar onmiddellijke omgeving wil of kan hebben. Dit bemoeilijkt en werkt remmend op de mannelijke identiteitsontwikkeling van jongens.

• Voor een meisje is de vader het belangrijkste rolmodel van wat zij zelf ooit van een man kan verwachten. Studies tonen aan dat meisjes in de adolescentie die zonder vader opgegroeid zijn, grotere ‘borderline’- problemen hebben in vergelijking met leeftijdsgenoten en ook vaker ongewild zwanger worden.

• Als bij een volledig adoptierecht in de geboorteakte van een kind twee vrouwennamen of twee mannennamen zouden staan, wordt het kind ook daardoor in zijn kennis over zijn tweegeslachtelijke oorsprong bedrogen.

 

Christl Ruth Vonholdt is kinderarts en leidt het Duitse „Institut für Jugend und Gesellschaft“. Zij promoveerde aan de Geneeskundige Hogeschool Hannover. Duits Instituut voor Jeugd en Samenleving. Meer informatie op www.dijg.de