Wat is het „christelijke mensbeeld“?<?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /><o:p></o:p>

 

Beste vrienden,

 

Niet voor een miljoen dollar – maar voor Christus en voor de mens wel! Is de christelijke visie op de mens in feite niet revolutionair?

U verneemt hierover meer in de volgende tekst: een poging om het christelijke mensbeeld in haar oorsprong en gevolgen op een bladzijde te beschrijven.

U kan ‚Europa voor Christus!’ ondersteunen door deze en andere nieuwsbrieven aan vrienden en kennissen door te mailen en ze te vragen zich ook in te schrijven op www.europe4christ.net.

 

En niet te vergeten: het dagelijkse Onzevader voor een christelijk Europa.

 

Uw ‚Europa voor Christus!’ Team.

 

PS: de tot nu toe verschenen Nieuwsbrieven (in het Nederlands) kan u terugvinden via de volgende verwijzing:

http://www.europe4christ.net/index.php?id=54&no_cache=1&L=8

 

 

Niet voor een miljoen dollar

Waartoe leidt een christelijke kijk op de mens?

 

Een elegante Amerikaanse dame vergezelde Moeder Theresa bij het verzorgen van zwaar zieken. Bij het wassen van een leprapatiënt wendde ze zich vol afschuw af: „Ik zou dat nog voor geen miljoen dollar doen!“ „Neen,“ zei Moeder Theresa daarop, „ik ook niet!“

Moeder Theresa had een diepere motivatie, namelijk haar christelijk mensbeeld: „de mens als beeld van God beschouwen“, „in elke mens Christus zien“ en „de waarde van de mens in zijn mens-zijn te zien, niet als onderdeel van een productieketen of als het object van mijn interesses.“

De mens is geweldig: een mens is niet „iets“, maar „iemand“. Hij is niet eenvoudig onderworpen aan zijn instincten. Hij is „persoon“, drager van een wereld in zich zelf: waarneming, beschouwing, wens en streven en tot slot het beslissen, scheppen een uniek innerlijk leven, dat zich uiteindelijk beweegt rond de zoektocht naar het goede, het ware en het schone. De mens is het wezen waarin zich waarheid en werkelijkheid ontsluiten. Dit innerlijke leven kan de mens ook meedelen en in anderen ontdekken. Ook het talent te kunnen liefhebben, dus zichzelf te schenken, is typisch menselijk en persoonlijk.

 

Deze menselijke ervaringen en waarnemingen volstaan reeds om de mens bijzondere waarden, rechten en bescherming te bieden. Als christen zien wij echter nog meer: niet alleen dat de mens als beeld van God werd geschapen. God heeft de mens door zijn menswording ook tot vriend en erfgenaam verheven.

 

Wat betekenen deze overwegingen nu echter in de praktijk? Eén enkele mens is meer waard dan het gehele universum. Daarom mag hij niet als middel voor een doel geïnstrumentaliseerd worden. Zo is de mens bijvoorbeeld geen schild en mag hij niet als gegijzeld worden om politiek iets te bekomen. Net zo min mag hij als een middel tot seksuele bevrediging gebruikt worden.

Voor de staat betekent het christelijke mensbeeld dat het doel van politiek niet het grootste welzijn voor de meerderheid, maar het grootstmogelijke welzijn voor allen is. Ook de zwakke moet ‚meegedragen’ worden, zelfs al kan men geen zin en geen productiviteit in zijn leven zien. Door het christelijke mensbeeld worden voor de staat uitbuiting en dwang een taboe – mensenrechten moeten volledig gerespecteerd worden. Aan het individu moet de mogelijkheid tot ontplooiing gegeven worden.

 

Het leven ligt niet in onze hand – wij mogen het niet ‚nemen’. De mens is op iets hoger gericht. Enkel God is Heer over leven en dood. Ook al lijkt het leven niet meer levens-waardig: ons komt het afwegen en beslissen niet toe. Net dit verband bedoelt Dostojevski wanneer hij zegt: „Als God niet bestaat, dan is alles toegelaten.“ Het uitschakelen van een lijdende – van euthanasie op wens tot het doden van pasgeborenen beantwoordt niet aan de waarde van de mens.

 

Europa is nog sterk getekend door het christendom: velen hebben in grote trekken een christelijk mensbeeld. Hoe verder deze visie zich echter van de wortel, van het geloof zelf, verwijderd, des te meer raakt ze verwaterd, des te meer is het individu in gevaar. Wanneer christelijke overtuigingen in het openbare leven niet relevant zijn, ontstaat tussen onze technische mogelijkheden en onze morele sterkte een fataal onevenwicht.

In het debat om de definiëring van Europa gaat het daarom niet om een nostalgische strijd, maar om een grote verantwoordelijkheid voor de huidige mensheid.

 

Dr. Gudrun Kugler, ‚Europa voor Christus!’ Wenen.